
De Atlantische Meridionale Omwentelingscirculatie (AMOC) is een gigantische transportband van warm en koud zeewater die onze kuststreek een mild klimaat geeft. Warm water stroomt via de Golfstroom vanuit de tropen naar Noordwest‑Europa en zinkt in het noordelijk deel van de Atlantische Oceaan om als koud, zout water weer terug te keren. Door dit proces ontvangt Europa warmte die anders grotendeels in de tropen zou blijven.
De afgelopen jaren waarschuwen onderzoekers dat deze oceaanstroming verzwakt door de opwarming van de aarde en het smelten van ijskappen. Een rapport van het KNMI (februari 2025) noemt een mogelijke ineenstorting van de AMOC als een van de zorgwekkendste kantelpunten in het klimaatsysteem. Wat is er precies aan de hand en wat zou dit betekenen voor het Nederlandse weer?
Wat is de AMOC?
De AMOC is geen één enkele stroom, maar een netwerk van stromingen die warmte en zout tussen de werelddelen verplaatsen. Hierbij speelt dichtheid een belangrijke rol: zout water is zwaarder dan zoet water, waardoor het kan zinken. In het koude noordelijke deel van de Atlantische Oceaan wordt warm tropisch water afgekoeld en zinkt het naar grote diepte. Deze neerwaartse stroming trekt warm oppervlaktewater uit het zuiden naar het noorden; dat is de reden dat we in Nederland relatief zachte winters hebben.
Verstoring van de balans
Het systeem is gevoelig voor veranderingen in temperatuur en zoutgehalte. Door smeltende gletsjers komt er veel zoet water in de Noord‑Atlantische Oceaan, waardoor het water minder zout en dus minder zwaar wordt. Daardoor zinkt het minder makkelijk en verzwakt de stroming. Onderzoekers van Utrecht University en partnerinstituten hebben in 2024 met klimaatmodellen een scenario doorgerekend waarbij de AMOC volledig stilvalt. Hun conclusie: een ineenstorting veroorzaakt een sterke afkoeling van noordelijk Europa; gemiddeld kunnen wintertemperaturen met 10–30 °C dalen. Zelf bij een gematigd emissiescenario (RCP4.5) weegt de afkoelende invloed van een AMOC‑stilstand zwaarder dan de opwarming door broeikasgassen.
In het model zouden sommige regio’s extreme kou ervaren: één op de tien winters in Londen kan -20 °C halen en Scandinavië zou temperaturen van -40 °C tot -50 °C krijgen. De temperatuurdaling komt doordat er minder warmte vanuit de tropen wordt aangevoerd en zee‑ijs zich verder naar het zuiden uitstrekt.
Is een instorting nabij?
Wetenschappers zijn het niet eens over de vraag wanneer de AMOC zijn tipping point bereikt. Sommige studies suggereren dat dit nog deze eeuw kan gebeuren; andere analyses beweren dat de stroming sinds de jaren 1960 niet verzwakt. Het KNMI laat in zijn rapport zien dat de kans op een instorting groter is dan men eerder aannam en roept op tot nader onderzoek.
Ook de methoden om de kracht van de AMOC te meten zijn beperkt. Directe waarnemingen via een reeks diepzeestations bestaan pas sinds 2004. Voor langere tijdreeksen moeten onderzoekers terugvallen op indirecte indicatoren zoals temperatuurpatronen aan het zeeoppervlak en reconstructies uit sedimentkernen. Hierdoor is het moeilijk om trends en mogelijke kantelpunten met zekerheid vast te stellen.
Gevolgen voor Nederland en Europa
Koude winters en droge zomers

Een stilvallende AMOC zou het klimaat van Nederland drastisch veranderen. Het KNMI wijst erop dat Noordwest‑Europa in enkele decennia meerdere graden kan afkoelen. De simulaties van Van Westen et al. tonen aan dat zelfs bij 2 °C mondiale opwarming het klimaat in Europa kouder kan worden dan het huidige. Koude winters met langdurige vorst kunnen leiden tot hogere energievraag, kapotte infrastructuur en meer sterfte door onderkoeling. Landbouwopbrengsten zullen dalen doordat gewassen niet gewend zijn aan zulke strenge vorst.
Daarnaast worden ook neerslagpatronen beïnvloed. Sommige modellen voorspellen dat de straalstroom zuidelijker komt te liggen, waardoor Noordwest‑Europa droger wordt, terwijl Zuid‑Europa juist natter kan worden. Volgens het KNMI kan een stilvallende AMOC ook een lokale zeespiegelstijging veroorzaken. Omdat de stroming niet langer water naar het zuiden transporteert, kan het zeewater zich ophopen langs de Europese kust. Dit komt bovenop de wereldwijde stijging van zo’n 22 cm sinds het begin van de twintigste eeuw en de versnelling naar 4,5 mm per jaar.
Interactie met klimaatverandering
De combinatie van mondiale opwarming en AMOC‑afkoeling zorgt voor complexere scenario’s. De studie van Van Westen onderzocht verschillende emissiescenario’s en ontdekte dat alleen bij zeer hoge emissies (RCP8.5) de opwarming van ~4 °C op den duur de afkoeling door een AMOC‑instorting compenseert. Bij gematigde emissiescenario’s blijft de netto temperatuur in Europa lager dan nu. Dit betekent dat mitigatie van broeikasgasuitstoot de kans vergroot dat de AMOC krachtig genoeg blijft en de combinatie van processen niet tot extreme kou leidt.
Kunnen we ons voorbereiden?
Hoewel een onmiddellijke instorting van de AMOC onwaarschijnlijk lijkt, wijzen wetenschappers erop dat we voorbereid moeten zijn op grote onzekerheid. Enkele mogelijke maatregelen voor Nederland zijn:
- Flexibele water- en energiesystemen: een kouder klimaat vraagt meer verwarming terwijl droogteperiodes het wateraanbod beperken. Diversificatie van energiebronnen en investeringen in warmtenetten kunnen de kwetsbaarheid verminderen.
- Landbouwaanpassingen: gewaskeuze en teeltkalenders moeten rekening houden met zowel extremere koude als droogte.
- Kustverdediging: als de AMOC verzwakt, kan de zeespiegel langs onze kust extra stijgen. Dijkversterking en ruimte voor de rivier blijven belangrijk.
- Internationale samenwerking: de AMOC is een mondiaal systeem. Het verminderen van broeikasgasuitstoot en het terugdringen van smeltwater uit de Groenlandse ijskap vergen wereldwijde inspanningen.
Samenvattend
De AMOC lijkt een “slapende reus” in het klimaatsysteem; zolang zij draait, houdt ze West‑Europa relatief zacht. Het KNMI wijst erop dat een kantelpunt dichterbij kan zijn dan gedacht. Recent onderzoek laat zien dat een stilvallen van de AMOC tot strenge winters en drogere omstandigheden kan leiden, die zelfs de mondiale opwarming kunnen overtreffen. Hoewel de onzekerheid groot is, is het verstandig de gevolgen serieus te nemen. Door de uitstoot van broeikasgassen snel te verminderen en tijdig te investeren in klimaatadaptatie houden we de kans groter dat deze levensader van ons klimaat blijft draaien.
Disclaimer: dit artikel is gebaseerd op openbare wetenschappelijke publicaties en rapporten van het KNMI, Carbon Brief en andere bronnen. De werkelijkheid is complex; wetenschappelijke inzichten kunnen veranderen naarmate nieuwe gegevens beschikbaar komen.